dinsdag 31 december 2013

Als de stilte begint te spreken



Juan Osborne - Woman in words






- Opgedragen aan O.M.-

Ik ben er goed in, in het kiezen van de foute rij aan de kassa. In het kiezen van net die rij waar vooraan alles steeds weer mis loopt: omdat de tientallen mensen voor me allemaal waanzinnige aankopen willen doen, omdat iemand zijn bankkaart niet vindt, omdat er een klein jochie van vijf is dat trots voor de allereerste keer zelf wilt betalen en met de tong uit de mond geconcentreerd naar de juiste muntstukken zoekt. Omdat de kassierster zo nodig haar collega moet vertellen over haar reisplannen, omdat een vader nog wachtende is op de in de verte aankomen hollende puberdochter met een paarse USB-stick met lieveheersbeestjes, omdat een kredietkaart ontoereikend is en er met schaamrood op de wangen driftig naar muntstukken en biljetten wordt gezocht. Gewoon, 'omdat'.

Het gebeurt me zelden maar deze keer erger ik me niet. Meer nog, ik ben blij met mijn rij. In mijn handen rust een schat. Het is een wereld aan woorden aan beelden die me raakte vanaf het moment dat mijn blik erop viel; net zoals toen O. in mijn leven verscheen. En al zijn mensen en boeken substantieel verschillend van elkaar, je kan van beide heel oprecht houden en graag zien. Beide hebben ze een naam. Allebei hebben ze een verhaal te vertellen. Alletwee zijn ze te ontdekken. Dag na dag, pagina na pagina. Steeds opnieuw, steeds verrassend.

Daar, in mijn rij, sla ik met een zekere begeerte de kaft open:

"Er is een land waar de mensen bijna niet spreken.
Het is het land van de grote woordfabriek.
In dat vreemde land moet je de woorden kopen 
en heel voorzichtig inslikken 
om ze dan te kunnen uitspreken"
  
Drie zinnen. Ik slik door en sta paf. 

Het duurt even voor ik besef dat er tegelijk rondom mij onaflatend aan gigantische woordbrakerij wordt gedaan: over de aankomende solden en feestmenu's, examens Frans, de buurvrouw die elk jaar dikker en dikker lijkt te worden, schoenen die nog moeten worden opgehaald, kinderen die nog dienen te worden afgezet, stinkende mensen voor hen, boodschappen die nog op het lijstje staan. Er klinken net niet stil genoeg verwijten naar de tergend trage kassierster in de rij links van me en het aantal naar hun kinderen snauwende moeders (omdat die het winkelen al uren geleden moe waren) valt ook niet meer op twee handen te tellen. 

Mensen kleden zich elke dag opnieuw aan met dikke lagen woorden zonder dat er gesproken wordt. Gehuld in soms het gehele alfabet ploegen ze doorheen de dag. Soms in het grijs dan weer kleurrijk of zelfs fluorescerend; al dan niet in sierlijke krulletters of bulderende kapitalen. Ze draven maar door en zien weinig om. Er wordt gestruikeld en opnieuw recht gestaan. Kleine scheuren worden gedicht en nieuwe woordpakketten worden aangeschaft. Zo sprokkelen ze zichzelf bij elkaar. Tot wanneer het op is; er niets meer te sprokkelen valt. Uitgeteld komen ze dan soms ten val, met een ruptuur die met geen letter meer valt op te vullen.

Witruimtes, stiltes kunnen dan een antwoord zijn waaruit uiteindelijk (na weerstand-stilte en leegtevullers) die woorden en beelden kunnen geboren worden die er werkelijk toe doen. Een nieuwe omzwachteling die veel minder luidruchtig en opvallend is maar veel echter en steviger is. Misschien zouden woorden - net zoals in mijn boek - inderdaad wat duurder moeten zijn. Misschien zouden we met z'n allen dan wat meer stil zijn. Ik geloof dat het ons goed zou doen.

Echt spreken vraagt veelal eerst om stilte. Het is in de stilte dat we worden terug geworpen op onszelf en we een opening kunnen creëren om in beeld te brengen, uit te spreken wat we echt willen zeggen.

U begrijpt het al: therapie is voor een subject vaak verdomd lastig. In een wereld waarin elke stilte wordt verbannen of opgevuld met woorden, muziek en beelden is het vertrekken vanuit het niets, vanuit de stilte, vanuit jezelf voor velen onvoorspelbaar, ongrijpbaar, oncontroleerbaar en zeer beangstigend geworden. Alleen zijn is voor velen bijgevolg helaas ook onmogelijk geworden. De schrik voor het onbekende, de leegte, voor het tot dan toe veilig opgeborgene dat aan de oppervlakte kan komen is doorgaans groot, te groot. Hierin vindt immers vaak een ontmoeting plaats met het Reële, met dat waar geen woorden voor zijn. En toch is dat voor velen vaak de weg. Ook in mijn praktijk.

Er is stilte, op maat van het subject dat voor me zit. Er is ruimte voor het woord en zeer zeker voor beeldend werk. Daar valt het niveau van het woord (en dus ook zijn betekenis) per definitie weg en rest er het subject weinig anders dan het creatief materiaal en de manier waarop hij/zij daarmee omgaat en tot een creatie komt. 
In het vrij werken laat men zich verrassen door wat er zich vormt en heeft men de mogelijkheid tot een eigen oplossing te komen. Deze manier van werken maakt het onmogelijk om te weten wat er zal ontstaan. Het vraagt een zich overgeven aan het beeldend medium waardoor - eens door de eigen weerstand - beelden tot stand komen waar men bewust nooit toe zou zijn gekomen. En het is net dat 'spreken' vanuit het onbewuste dat zo betekenisvol is. Waar er eerst 'praten' was ontstaat er nu een geheel singulier 'spreken'.

Uit het ene beeld ontstaat weer een ander beeld, net zoals elk woord weer naar een ander verwijst. Er kan ruimte komen voor verschuivingen en verdichtingen en het onbewuste kan zichtbaar worden. Zo is het misschien ook gegaan in het boek dat ik hier dicht bij me draag. Helemaal stil geworden draai ik langzaam de laatste bladzijde om:

"Nog één woord wil Florian zeggen.
Hij vond het lang geleden in de vuilniszak,
helemaal onderaan, tussen flauwe grapjes en veel prietpraat.

Het is een klein onopvallend woord.

Florian heeft het opgespaard, 
voor een heel speciaal moment.

In het land van de grote woordfabriek
klinkt het luid en vrolijk in de stille lucht:

nog!"

Met een glimlach verschijn ik vooraan aan de kassa. Het is met veel graagte dat ik voor al deze woorden en beelden betaal.




[Uit - Het land van de grote woordfabriek; Agnes de Lestrade & Valeria Docampo, 2013]




zaterdag 7 december 2013

Het vreemd_gaan van een therapeut


Transfiguratie - Rafaël
Waar was U vorige week op woensdagavond 4 december rond half negen?
In een vergadering? Dicht bij uw (nieuwe) geliefde? Op restaurant? In de tennisles? Een verhaaltje aan het voorlezen voor de kinderen? In de sauna? Boterhamdozen of zwemzakken uit aan het wassen? Krampachtig aan het proberen om overeind te blijven nadat uw geliefde de relatie beëindigde en een week later alweer een andere had die nu met hem het leven en de lakens deelt? 
Of, zat u gewoon lekker op de bank met een kop thee onderwijl een tweede of derde chocolademannetje op smikkelend en de televisie al dan niet afgestemd op zender VIER?

Er zijn meerdere mogelijk antwoorden op deze vragen en een daarvan zou wel eens een ietwat boosaardig: “Daar heeft u geen zak mee te maken.” en/of “Dit is weer een schoolvoorbeeld van het nieuwsgierige aardje van een therapeut” kunnen zijn. Ongetwijfeld heeft u gelijk en ik kan u (naast het feit dat een therapeut die zichzelf -en in de eerste plaats zijn cliënt- au serieux neemt het best erg zuinig kan zijn met zijn of haar woorden en vragen) meteen ook meegeven dat uw antwoord niet datgene is waar het voor mij om draait. Wat me wel bezig houdt is de vraag of u - net als ik - ook zo verbouwereerd en compleet verbijsterd was over het optreden van de creatief therapeut in de aflevering 'Naar de ontwenningskliniek' van het human interest programma 'Kristel gaat vreemd'.

In een vakgebied dat eerder klein is en absoluut nog weinig bekend is bij het grote publiek zouden collega's elkaar moeten kunnen steunen wanneer iemand bereid is om mee te werken rond beeldvorming. Het is met een zekere pijn in het hart dat ik deze keer echt pas. Meer nog, ik wens me zelf te distantiëren van het beeld van creatieve therapie dat hier en in andere instellingen binnen de geestelijke gezondheidszorg werd geschetst.
De kansen om 'creatieve therapie' te kunnen toelichten via een medium met dergelijk bereik zijn ontzettend schaars en moeten bijgevolg met zorg, aandacht en professionalisme worden benaderd. Hoe vaak krijgen wij - creatief therapeuten - immers de kans om aan het grote publiek uit te leggen wat onze therapie inhoudt en op welke manier dit kan inwerken op het therapeutisch proces van een mensen?
Publieke negatieve beeldvorming is dus wel het laatste wat onze beroepsgroep nodig heeft. Helaas was dat wat mij betreft hier meer dan het geval. 

50 minuten televisie gaven ons een blik hoe de week eruit ziet van mensen met een afhankelijkheidsproblematiek die opgenomen zijn in St.Alfons, een afdeling van het Guislaininstituut te Gent, Het therapeutisch programma maakte daar tevens deel van uit, al moeten we na De Bleekweide (een programma waarin de camera therapiesessies van kinderen en jongeren op film vast legde) daar misschien niet langer van verschieten.
Tijdens een openingsrondje stelde de creatief therapeut dat de sessie zou gaan “over de beïnvloeding die de mensen toelaten of die zij al dan niet ondergaan door iemand anders” en liet iedereen (inclusief de reporter) vervolgens vanuit hun lichaam met krijt of verf (vrije keuze) de beweging vorm geven op  papier. 
“Wat ben ik hier in godsnaam aan het doen?” spatte non-verbaal zowel van het scherm als van de journaliste af. Doch, er was verandering in zicht want na een poosje kregen de mensen te horen dat ze ook eens hun beweging mochten vertragen en luisteren naar het geluid dat ze aan het maken waren met het materiaal. Meteen kregen ze ook de opdracht om al-cirkeltjes-draaiend ook contact te maken met het product van hun buurman/vrouw.  En, om alle verwarring te vermijden (en vrije expressie teniet te doen?) had de therapeut aan het raam ook een overzicht gehangen waarop te zie was hoe de verschillende  tekenbewegingen er dienden uit te zien; samen met onderschriften die alle naamsverwarring de wereld dienden uit te helpen.

Het was een oefening rechtstreeks uit de 'Tekenbewegingsmethode' van Lida Floor en Didi Overman die de therapeut hier liet zien. Deze methode stelt dat het “een vorm is van begeleid zelfonderzoek dat toepasbaar is binnen een therapeutisch setting (...) in het kader van coaching en procesbegeleiding en waarvan de doelen 'inzicht in het eigen functioneren, verbeteren van de levenskwaliteit en acceptatie van dat wat niet te veranderen is' zijn”. 
Dat was dan ook exact waarnaar werd gevraagd door reporter Kristel, naar dat 'verbeteren van de levenskwaliteit'. “Gaan die daar nu beter van worden, van hier te zitten kriebelen?”, klonk het letterlijk. 

Kijk, dit moment was hét moment om uit te leggen aan haar en alle kijkers thuis (die ongetwijfeld met dezelfde vraag zaten) wat voor haar, met die mensen en op dat moment de betekenis van creatieve therapie was. Het enige antwoord dat echter kwam, was een bal die werd terug gespeeld naar de journaliste: “Jij vond het raar en niks, wat zegt dat over jou?” . Wat later vertelde ze: “Het doel van zo'n oefening is om te voelen hoe het is om eens een andere rol te gaan opnemen” en tenslotte werd ons ook nog eens duidelijk gezegd waar het op stond: “Mensen moeten beginnen met iets in hunzelf, in hun eigen gedrag”. 
Met andere woorden: hier gaat een creatief therapeut vreemd en wordt aan gedragstherapie gedaan onder de naam van creatieve therapie.

Vooreerst is het nog maar de vraag of experimenteren met ander gedrag iets zal veranderen aan de functie van het symptoom (hier onder meer alcohol, drugs of medicatie). Ten tweede zou het me niet verbazen indien deze collega hier absoluut geen rekening heeft gehouden met de psychische structuur van de subjecten die aan haar deskundigheid werden toevertrouwd en tenslotte vraag ik me ook af of ze zich bewust is dat zij door deze manier van werken het verlangen bij het subject plat legt en daarmee ook het therapeutische werk dat kan worden verricht.

Hoe bizar dat ook moge klinken, de afhankelijkheid van een middel (en in zijn algemeenheid elk symptoom) is een oplossingspoging van het onbewuste, van de menselijke geest, om een zekere psychische stabiliteit te kunnen blijven behouden.
Als honderd mensen ten gevolge van een verkoudheid een verstopte neus hebben, dan zal een vers gesneden ui op de nachttafel of een neusspray soelaas brengen. De menselijk geest zit (gelukkig?) iets complexer in elkaar. Protocollaire behandelingen waarbij een hele groep mensen dezelfde opdracht(en) dient uit te voeren doen meer kwaad dan goed. De neurose, psychose en perversie vragen om geheel andere behandelingen. Wat moet een vrouw met een psychotische structuur (wat niet louter gelijk staat aan het hebben van bekende zichtbare symptomen van wanen en hallucinaties), die moeite heeft met de afgrenzing tussen binnen en buiten, met een niet-weten waar haar lichaam stopt en de ander begint; wat moet zo'n vrouw aanvangen met de opdracht “vanuit het lichaam met krijt of verf (vrije keuze) de beweging vorm geven op  papier”

Is de creatief therapeut die hier op het toneel is verschenen zich tenslotte ook bewust van de positie die ze inneemt ten aanzien van deze mensen en wat de consequenties hiervan zijn? Ze is actief, directief en adviserend; wordt in beeld gebracht als leermeester en educator. Door haar eigen weten op te dringen aan de persoon in opname (door te bepalen van wat er tijdens de sessie gebeurt, onder welke vorm, hoe lang, met welk materiaal en in welke volgorde) en tijdens het nagesprek betekenis te verlenen aan wat de cliënt aanbrengt (door bijvoorbeeld een waardeoordeel uit te spreken over wat iemand zegt of zaken te benoemen) verdrijft ze haar eigen subjectiviteit. Het is een zich opstellen als 'imaginaire meester'; een meester die alle waarheid in pacht heeft en geen eigen tekort (object a) heeft. Deze houding kan de cliënt doen geloven dat de therapeut het tekort bij hen zal kunnen opheffen (waardoor ze een onverdeeld subject worden)!

In creatieve therapie zit het woord 'creatief'. Creatieve expressie kan een therapeutisch effect hebben op het psychisme, maar niet als het verlangen wordt plat gelegd; als alles wordt ingevuld.
Het hele leven door stellen mensen zich dezelfde vraag, ook U en ik: 'Wat verlangt de Ander van ons? Wat wil die van mij?'. Het antwoord zal voor elkeen verschillend zijn. Iedereen moet voor zichzelf op zoek gaan om hier voor hem of haar een afdoend antwoord te vinden. Creatieve therapie beeldend, werken met creatief materiaal  is een vakgebied waarbij de focus ligt op therapie, op een artistiek therapeutisch proces dat de mens toelaat om doorheen het werken met dat materiaal (en wat dat met zich meebrengt) een eigen, singuliere oplossing te vinden; waarin er ruimte is voor reorganisatie en reconstructie binnen de psychische structuur.  Met zijn allen een uurtje cirkeltjes maken, elipsen, spiralen, rechte en kromme lijnen kan een ontspannend activiteit zijn en voor een enkele neuroticus brengt het misschien iets met zich mee. Maar het is naar mijn mening absoluut niet wat verstaan dient te worden onder creatieve therapie. 

'Kristel gaat vreemd', heet dit programma. Jammer genoeg menig ander ook.




 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------







 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

zondag 24 november 2013

Hopelijk heeft U deze artikelen óók gelezen



Sofie Muller - Mijnwerkersvrouw,
commissioned 2010
Als uw hoofd de afgelopen maanden niet ergens veilig achter slot en grendel zat dan heeft U ongetwijfeld een van deze artikelen gelezen of er op een andere manier kennis van genomen:

'Bezoek psycholoog wordt binnenkort terugbetaald - HLN.be', 
'Een erkenning klinisch psychologen en psychotherapeuten is in zicht.Geestelijkegezondheidvlaanderen', 
'Eerste stap naar terugbetaling psycholoog - De Standaard', 
'Psychologen pleiten voor strengere criteria voor ... - De Morgen', 
'Psycholoog wordt binnenkort terugbetaald - Knack', 
Psycholoog wordt voortaan terugbetaald - Binnenland - De Morgen', 
'Terugbetaling psychotherapie komt stapje dichterbij - De Standaard' of 'Voorzichtige tevredenheid over plannen Onkelinx - De Standaard'.
  

"HIEPERDEHIEPERDEHIEP!", komt er uit menige hoek. Ik werd er eerder stil van want er zitten wel degelijk een aantal addertjes onder het gras. Vragen dienen gesteld te worden en werden dat ondertussen gelukkig ook.

Voor wie het nog niet gelezen heeft raad ik volgende twee artikelen met veel graagte aan:

° DE ROOF VAN DE PSYCHOANALYSE UIT DE HANDEN VAN DE PSYCHOANALYTICI.
  Een artikel
van YvesVanderveken dat verscheen in het eerste nummer van het tijdschrift 'Het Forum van de psychoanalytici' in November 2013.

   Een artikel van Sami Kalaï dat verscheen op 7 november 2013 op http://www.nadelunch.com

Sami – Waarom psychotherapie niet noodzakelijk terugbetaald moet worden

- See more at: http://www.nadelunch.com/mensen/columns/sami-waarom-psychotherapie-niet-noodzakelijk-terugbetaald-moet-worden/#sthash.JPxM4LWg.dpuf



 

 

 

 

 

 

 

 

zondag 27 oktober 2013

Wat je moet weten als je een therapeut kiest

Fritz Jacquet
Het zijn stormachtige dagen. Met hevige rukwinden die deze ochtend bijna de krukken van onder een oud dametje weg maaiden, fietsen tegen de grond kwakten en al menig paraplu naar de verdoemenis hielp. Wat Frank en Sabine waarschijnlijk niet weten is dat er in therapeutenland al meerdere weken een hevige storm woedt. Eentje die ook mij ietwat van mijn sokkel heeft geblazen. Later hierover meer.

Vandaag bevind ik mij immers voor de allerlaatste keer in de rayon van het hygiënisch papier. Pim Cuijpers, hoogleraar klinische psychologie maakt melding van het bestaan van 250 verschillende vormen van psychotherapie. In Ten-Toon-Gesteld: de therapeut (met label) vond je in de rayon van het toiletpapier een kleine (doch vandaag veel besproken) door mij geëtaleerde selectie. Je staat echter nog steeds geen stap verder in het maken van een keuze, niet? Het kiezen van de juiste rol is tot op dit moment nog steeds gemakkelijker dan de juiste therapeut. Tijd om daar vandaag, en wel nu, verandering in te brengen.

(tromgeroffel) Alle uitgestalde therapeuten behoren tot kleinere groepen. Afhankelijk van de bronnen die je raadpleegt zijn er 5 tot 7 verschillende dergelijke groepen (merken toiletpapier) in therapieland. Er bestaan therapievormen (zoals integratieve therapie) die elementen van verschillende strekkingen gebruiken; een mengvorm dus. Maar, doorgaans zal het achterliggend gedachtegoed van een bepaalde strekking steeds tot een van de volgende theoretische kaders behoren:
  • biologische therapie
  • cliënt-centered 
  • gedragstherapie
  • systeemtherapie
  • psychoanalyse

1. Pillenfabriek
De eerste groep - biologische therapie - heeft ze in alle vormen en kleuren: pillen. De biologische psychiatrie stelt dat zo goed als alle psychiatrische stoornissen biologisch te verklaren zijn en slikken dus dé oplossing is. De realiteit is anders. Onderzoek heeft al lang uitgewezen dat louter het gebruik van medicatie op lange termijn geen blijvende oplossing biedt. Gemakkelijk, dat is het wel. Medicatie voorschrijven en doorslikken is voor beide partijen, arts en persoon met psychisch lijden een gemakkelijke oplossing. De arts heeft relatief snel zijn geld verdiend en de 'slikker' heeft een kant-en-klare oplossing. Nog belangrijker is misschien wel het volgende: de patiënt moet vooral de oorzaak voor zijn of haar probleem niet bij zichzelf gaan zoeken. De oorzaak is immers van biologische aard.
Ben ik dan tegen medicatie? Absoluut niet. Voor wie bijvoorbeeld het gevoel heeft dat hij geen vat meer heeft op zichzelf; dat er dingen zijn die gebeuren die hij niet kan verklaren kan medicatie absoluut noodzakelijk zijn. Soms kunnen dingen in therapie maar bewerkt worden als er enige vorm van stabiliteit is. Als iemand in zijn beleving tijdens de therapie steeds wordt gestoord door stemmen van mensen die in werkelijkheid niet in de therapieruimte aanwezig zijn, als een man (vrouw of kind) zo door angsten of depressie wordt gegrepen dat die niet tot in de therapieruimte geraakt dan is medicatie soms noodzakelijk. Ik schrijf 'soms', omdat het mijn overtuiging is dat elke verhaal weer een ander verhaal is en dus steeds individueel dient worden bekeken.

2. Inzicht krijgen in blokkades en groeien
De tweede groep waarvan melding is deze van de Cliënt-Centered Therapeuten. Een dergelijk therapeut stelt - als alles eventjes goed gaat - jou als mens centraal. Jij, met al je gedachten en gevoelens. De Cliënt-Centered Therapeut zal mee op zoek gaan naar wat je belemmert in je ontwikkeling. Jij bent zelf diegene die bepaalt wat er aan de hand is en de oplossing van je probleem zit in jezelf. De therapeut is er dan om je te begeleiden bij het vinden van je oplossingen. Het doel van de therapie is niet meteen het vinden van oplossingen van het probleem maar wel het krijgen van inzicht in wat je belemmert van een goede oplossing. Tijdens deze therapiesessies gaat de aandacht vooral uit naar het hier-en-nu, het heden en naar de toekomst. Aan het verleden zal, tenzij het zeer duidelijk voelbaar is in het heden, erg weinig aandacht worden besteed.
Gestalt-therapeuten, Focusing therapeuten, Experiëntieel therapeut, Encountergroepen en dergelijke meer behoren ook tot deze groep.


3. De hype van het moment
Wie 'hip' wil zijn dan moet vandaag vooral kiezen voor de Gedragstherapie. Ze behelzen een hele groep van verschillende soorten therapie met als centraal gedachtegoed dat de oorzaak van geestelijke gezondheidsproblemen ligt in het gedrag van de mensen. Wanneer je dus ander gedrag aanleert zullen je klachten ook verdwijnen (zo omschrijft de theorie van deze therapievorm). De methodieken die worden gehanteerd zijn voornamelijk gericht op het behandelen van problemen die zich manifesteren in het heden; het hier-en-nu. De therapeut stelt zich tot doel om jou zicht te laten krijgen op hoe jij denkt over de dingen/ mensen, deze zelf te leren bijsturen en ook veranderingen in het handelen proberen te verkrijgen in die situatie(s) die je in moeilijkheden brengt(en). Dit vanuit de achterliggende visie dat het denken een grote invloed heeft op ons gevoelsleven en handelen. De sessies zullen steeds volgens een gestructureerd schema verlopen en huiswerkopdrachten zijn vaak essentieel. Men stelt dat deze vorm van therapie het meest effectief zou zijn bij angstklachten, depressies en sommige seksuele problemen. Ter vervollediging dien ik hier aan toe te voegen dat deze therapie ook aangewezen is als je net niet wenst geconfronteerd te worden met je verleden en/of je gewoon op korte termijn verandering wenst, zonder zekerheid dat het probleem ook op lange termijn is opgelost, of er zich weer een nieuw probleem voordoet na enige tijd.

Dit verklaart echter niet waarom deze therapieën vandaag zo populair zijn. De sterkte stijging van het aantal (cognitief) gedragstherapeutische behandelingen ligt geheel in lijn met het huidige maatschappelijke discours, namelijk het economische. Ze bieden een antwoord op de vraag van een neoliberale maatschappij naar wetenschappelijk te verantwoorden therapieën die een korte behandelingsduur en snelle resultaten voorop stellen. Hoe minder lang mensen in ziekteverlof zijn en/of gebruik maken van een hospitalisatieverzekering bij opname in een psychiatrische voorziening, hoe lager de kosten.  Er is vooraf bepaald dat voor ziekte X er wettelijk X dagen de tijd zijn om de ziekte te genezen. Daarvoor krijgt het ziekenhuis/de instelling een bepaalde som geld. Voor elke dag die een patiënt langer is opgenomen krijgt een instituut nog steeds geld, maar minder. Een therapievorm die inzet op korte behandelingen met snel resultaat is dus graag gezien: er kunnen meer patiënten worden gerekend aan 'de volle pot'. Of dergelijke therapieën op lange termijn ook nog steeds een oplossing zijn is vaak nog maar de vraag. Er bestaan heel wat onderzoeken maar weinig onderzoeken geven cijfers over langetermijneffecten.

Therapieën die hieronder vallen zijn onder andere: gedragstherapie, cognitieve gedragstherapie, rationeel-emotieve therapie, gedragsactivatietherapie, acceptance and commitment -therapie, mindfulness, dialectische gedragstherapie, metacognitieve therapie...

4. De oorzaak ligt ook bij anderen
Systeemtherapie is de vierde grote groep van therapeuten die de psychotherapie rijk is. Hierbij gaat men er van uit psychische problemen hun oorzaak niet louter en alleen dient te zoeken bij jou als persoon maar dat dit tevens erg nauw samen hangt met het sociale netwerk waarin je je bevindt. Een verstoring van een evenwicht binnen jouw systeem zal zonder meer zijn gevolgen hebben voor het systeem an sich en de hiervan deel uit makende individuen. Gezins- en relatietherapie en Contextuele therapie is onderdeel van deze strekking. De therapie begint bij jou als individu en zal samen met je gaan onderzoeken in welke mate jouw hulpvragen in verband staan met de eigen sociale context. Het kan gebeuren dat ook andere leden van je gezin/familie deelnemen aan de therapie. De systeemtherapeut kan werken vanuit de cliënt-centered visie, de gedragstherapeutische visie of eerder vanuit het psychoanalytisch gedachtegoed.

5.  Psychoanalyse net vandaag hard nodig?
De laatste groep - Psychoanalyse - roept voor velen ongetwijfeld meteen associaties op zoals 'achterhaald', 'onbetrouwbaar', 'naïef', 'een beetje liggen klappen op een bankske of wat tekeningskes maken voor iemand die weinig tot niets terug zegt' en 'Freud is dood'. Waarom zou ik dus, een jonge vrouw, met de voeten beiden op de grond en de oren wijd open gesperd voor wat in de wereld en om haar heen gebeurd dan vandaag, anno 2013 kiezen voor dergelijk oubollig referentiekader? Ben ik dan dom en niet wetend? Ik ga het eerlijk bekennen: toen ik aan mijn studies creatieve therapie begon, een studie waarbij het Lacaniaans psychoanalytisch kader werd gehanteerd als basis voor de opleiding was ik erg sceptisch. Ik had net meerdere jaren gewerkt in een Universitaire Kinder- en Jeugdpsychiatrie in Vlaanderen waarin het de cognitieve gedragstherapie was die de plak zwaaide (zoals op de meeste plaatsen vandaag). Freud leek me wel een toffe pee maar dan vooral omdat hij aan de basis lagen van alle psychotherapeutische stromingen vandaag, niet zozeer om de psychoanalytische praktijk vandaag de dag. "Enige inspanning in verdieping in de analyse zal wel nodig zijn", werd mij tijdens de derde ronde van de intake voor de opleiding gezegd, "Bent U bereid om dat te doen?". "Ja", zei ik, "als dat betekent dat ik ook sceptisch en kritisch mag zijn". Het is ondertussen enkele jaren geleden en vandaag kan ik stellen dat hoe meer ik leer over de psychoanalyse zoals Freud en Lacan ze hebben bedacht en herdacht, hoe beter ik me voel in mijn werken vanuit, met en in dit kader.


In elk klas, op elke werkplek is er vandaag wel een ‘autist’ en ‘ADHD-er’. Het aantal mensen met depressieve klachten is ongezien hoog en op de werkvloer schitteren steeds meer mensen in afwezigheid door een burn-out. Alhoewel we hier in het Westen leven in een tijd waar we over nooit geziene vrijheden beschikken, brengt het ons vaak niet het geluk dat we zouden verwachten.

Het is bijgevolg ‘nummertje trekken’ en drummen in de wachtkamer van instellingen en privépraktijken binnen de geestelijke gezondheidszorg. Gevoelens van leegte en angst des te meer vullen velen stoelen bij de therapeuten. De angst leeft dat de Ander ons niet langer nodig zal hebben. Voor velen onder ons wordt dit vandaag bewaarheid. We leven in een maatschappij waarin alles razend snel gaat. ’s Morgens schieten we als hazen uit onze startblokken en rennen tot de avond valt. Menig mens (jong én oud) is de weg en zichzelf kwijt. In een wereld waarin het normen- en waardekader mee evolueert met de grillen van de markt, waarin het al dan niet hebben van succes in het leven geheel te wijten is aan onszelf, waarin de hele wereld een spiegeltent is geworden en er in gezinnen steeds vaker een afwezigheid is van iemand die een duidelijk kader en grenzen stelt, zien we in de therapeutische praktijk meer en meer mensen die aangeven dat ze zich leeg voelen, depressief, angstig zijn, wisselende stemmingen hebben.

Conclusie:
Louter en alleen aan symptoombestrijding doen, zoals therapieën die zich enkel richten op uw klacht, verandert niets aan de oorzaak van het probleem en helpt U op lange termijn niet vooruit. De kans op herval en het blijven verder bestaan van Uw problemen is reëel. De psychoanalyse geeft de ruimte en de tijd die U nodig heeft en schuwt daarbij Uw verleden niet. De psychoanalyticus komt niet aandraven met kant-en-klare oplossingen  - en dat kan best vervelend zijn levend in een maatschappij leven waarin heel veel dingen binnen handbereik liggen. De psychoanalyticus zal je stimuleren om op zoek te gaan naar je eigen oplossingen om je opnieuw te kunnen handhaven in jouw leven. Elke sessie is uniek en afgestemd op jouw verhaal. Mensen met op het eerste zicht precies dezelfde klachten krijgen nooit dezelfde behandeling, zoals dat bij sommige andere therapeutische strekkingen het geval is. Je bent immers een mens, een subject en geen product, geen object. Het is jij die bepaalt waarover je het wenst te hebben in de therapie. Alles wat in je op komt kan gezegd worden of in beeld gebracht wanneer je zoals bij mij bij een Creatief Therapeut Beeldend terecht komt. Klachten en symptomen worden niet gezien als een ziekte an sich maar als een poging van ons onbewuste om terug in evenwicht te komen; hoe moeilijk te geloven dat soms ook is. Want hoe kan bijvoorbeeld een eetstoornis of het hebben van achtervolgingswanen nu een eigenlijk een oplossingspoging zijn van onze geest? En toch is het zo. Symptomen hebben altijd een functie, hoe raar dat soms ook lijkt.
Het is waar dat wetenschappelijk onderzoek moeilijk is bij de psychoanalyse. Maar we zijn mensen en geen machines bij wie men wel gestandaardiseerde testen kan doen. In een samenleving waarin enkel nog wat 'meetbaar' is van belang lijkt te zijn is het dus schijnbaar logisch dat hoe ik (en vele collega's) werk(en) naar het verdomhoekje wordt verbannen. 
100 jaar na zijn ontstaan is de psychoanalyse vandaag echter de enige strekking die nog steeds bestaat en toegepast wordt, zo zinloos kan het dan toch niet zijn. Of wat denkt U?

Als je de volgende keer inkopen gaat doen en in de afdeling van het toiletpapier beland dan denk je misschien eens aan mij. Maar, ik hoop uit de grond van mijn hart dat je nooit zal moeten nadenken over de keuze van een therapeut. En als dat dan toch het geval is, dan hoop ik dat jij voortaan een iets duidelijker beeld hebt over de soorten therapieën die er bestaan. Bij mij bent U, als U dat wenst, altijd welkom.
En anders, misschien tot in de gang van het toiletpapier of die van de badkamerproducten. Daar sta ik gebeurlijk ook al eens te twijfelen.